Film in je kunstvak - licht

Licht in film zorgt voor sfeer, emotie, contrast, balans en spanning, of benadrukt juist wat belangrijk is in het beeld. Ontdek hier alles over soorten en eigenschappen van licht in film!

In het kort

Soorten licht in film kun je grofweg onderverdelen in 1. natuurlijk, 2. kunstmatig, 3. beschikbaar, 4. gemotiveerd, 5. hard en 6. zacht licht. Daarnaast kun je het hebben over de eigenschappen van licht: de 7. intensiteit van een bepaalde lichtbron, 8. de contrastwerking, 9. de richting van het licht, en 10. de temperatuur van het licht. Samen zorgen de verschillende soorten en eigenschappen van licht voor een bepaald 'lichtbeeld' dat de betekenis van een shot of scène in een film versterkt.

Soorten licht en eigenschappen

  1. Natuurlijk licht is licht dat voorkomt in de natuur. Bijvoorbeeld het licht van de zon of daglicht. Maar ook maanlicht, vuur, of het licht van de bliksem zijn vormen van natuurlijk licht. Het voordeel van natuurlijk licht is dat het al aanwezig of van nature 'beschikbaar' is. Nadeel van natuurlijk licht, bijvoorbeeld daglicht, is dat het erg veranderlijk kan zijn: denk maar aan een wolk die voor de zon voorbij trekt. Zie voorbeeld 1: Satyajit Ray

  2. Kunstmatig licht is door mensen gemaakt licht. Je kunt dan denken aan straatverlichting, neonreclames en schemerlampen, maar ook aan professionele lichtapparatuur. Zie voorbeeld 2: openingsscène Drive

  3. Beschikbaar licht is het licht dat aanwezig is in de situatie van de film. Beschikbaar licht kan zowel natuurlijk en kunstmatig zijn. Bijvoorbeeld natuurlijk daglicht. Maar ook het licht van bijvoorbeeld een schemerlamp in beeld is beschikbaar licht. Maar ook het licht van een telefoon of laptop, een tv-scherm, een zaklamp of straatverlichting zijn voorbeelden van beschikbaar licht. Zie voorbeeld 3: toni_with_an_i

    Meestal wordt er bij het maken van een film gebruik gemaakt van een mix van beschikbare en professionele lichtapparatuur! Met professionele lichtapparatuur bedoelen we lampen die speciaal gemaakt zijn om een shot of scène goed uit te lichten.

  4. Gemotiveerd licht is licht dat je kunt herleiden van een bron. Het licht dat je in beeld waarneemt moet 'kloppen' met bijvoorbeeld de locatie of bepaalde lichtbronnen die in beeld te zien zijn. Bijvoorbeeld het lichtschijnsel op het gezicht van een personage in beeld dat je kunt herleiden naar een specifieke lichtbron in of buiten beeld. Bijvoorbeeld zonlicht, of het schijnsel van een laptopscherm in het gezicht van een personage.

  5. Hard licht is licht met een hoge intensiteit en zorgt voor een groot contrast tussen licht en donker, met duidelijke schaduwwerking. Dit grote contrast zie je ook terug in een bijzondere vorm van belichting, dat je waarschijnlijk wel kent uit de beeldende kunst: chiaroscuro of claire-obscure. Dit soort belichting werd veel gebruikt in de films van het Duits expressionisme. Zie voorbeeld 4: Nosferatu Bekijk ook de video over chiaroscuro belichting in film, met veel voorbeelden. Zie voorbeeld 5: chiaroscuro belichting.

  6. Zacht of diffuus licht is licht met een lage intensiteit en zorgt juist voor een klein contrast tussen licht en donker. Het licht is meer evenwichtig verdeeld, zonder duidelijke schaduwwerking. Je ziet dit 'vriendelijke' licht vaak in bijvoorbeeld romantische komedies.

  7. Met de intensiteit wordt de hoeveelheid licht die een bepaalde lichtbron produceert bedoeld. Zo heeft bijvoorbeeld fel zonlicht een hoge, maar een flikkerende kaars een lage lichtintensiteit.

  8. Met de contrastwerking van licht wordt bedoeld: zorgen de soort en intensiteit van het gebruikte licht voor grote contrasten tussen licht en donker, met duidelijk schaduwen? Of zorgt het juist voor kleine contrasten, waarbij het licht evenwichtiger is verdeeld en er geen duidelijke schaduwen te zien zijn?

  9. De richting van waaruit het licht valt is ook belangrijk: hiermee kun je bijvoorbeeld ook de blik van de kijker sturen in het beeld. Valt het licht vanaf de zijkant, van achteren, is het hoog of juist laag geplaatst?

  10. Ten slotte is de kleurtemperatuur een belangrijke eigenschap van het licht: koel of juist warm licht. TL-licht bijvoorbeeld is 'koel' licht, terwijl (natuurlijk) kaarslicht juist 'warm' is.

Een veel gebruikt manier om lichtbronnen op te stellen tijdens het filmen is driepuntsbelichting. Lees hier meer over de driepuntsbelichting

Volg ons op