Het Nederlands Filmfestival richt zich op een filmprogramma en lesmateriaal dat kinderen en jongeren kritisch leert kijken en ze verbonden laat voelen met de filmcultuur in Nederland. Dit jaar speelt het educatieprogramma zich af op de school zelf. Dus als leraar boek je een vertoning aan de hand van de programmering en dan kijk je de film met je leerlingen op een zelfgekozen tijdstip.
Vorig jaar zijn jullie gestart met deze online vorm. Hoe bevalt dat?
"Een van onze bevindingen is dat het een voordeel met zich meebrengt: docenten hebben sneller een intiem gesprek met leerlingen. Voorheen had je een aantal vertoningen in de bioscoop en daar gingen vaak meerdere klassen tegelijkertijd heen. Je zit dan natuurlijk in een grote zaal. Met het online programma kun je de diepte ingaan en leerlingen delen makkelijk hun gedachten over wat ze hebben gezien.
Dus het filmeducatieve aspect werkt op deze manier heel goed. Toch is een festival wel heel feestelijk en spannend om naartoe te gaan. Een bioscoop heeft natuurlijk een groter scherm en ook meer sfeer en beleving. Een deel van de docenten liet weten dat ze die ervaring missen en het is ook waar wij bij het festival naar terug willen. De deelnemende scholen ontvangen naast het lesmateriaal ook een festivalpakket om toch de festivalsfeer in de klas te brengen."
De inschrijvingen voor deelname aan het educatieprogramma is gesloten. Hoe beleef je het Nederlands Film Festival toch met leerlingen?
“Hotel de Grote L, de Film van de Maand september, is een eigenwijze familiefilm naar het boek van Sjoerd Kuyper. De vader van de 12-jarige hoofdpersoon Kos komt in het ziekenhuis te liggen en daarom moet Kos het familiehotel aan zee draaiende zien te houden. Een van de oplossingen die hij bedenkt om van de schulden af te komen is meedoen aan de Miss Beach-verkiezing.
Kos verkleedt zich als meisje en wil beter met meisjes om leren gaan omdat hij dat nog niet zo goed kan. Er zit goeie humor in en het is een film met een mooie boodschap, namelijk dat je met vrienden en familie wel door tegenslagen heenkomt. Wij maakten in samenwerking met het Netwerk Filmeducatie een gratis les bij deze film."
Bekijk de gratis les bij Hotel de Grote L met link naar de film om direct te kijken
Voor het voorgezet onderwijs en zeker ook voor het mbo staat I Don’t Wanna Dance op ons programma. Het is het levensverhaal van de jongen die de hoofdrol speelt, dus de acteur speelt zijn eigen verhaal. De 13-jarige Joey woont bij zijn tante omdat zijn moeder hem niet meer kan verzorgen. Als Joey en zijn broer terugkeren naar hun moeder en weer bij haar wonen, ziet je hoe dat gaat met ups en downs.
Wat ik zelf heel mooi vind, is dat I Don’t Wanna Dance de kijker laat zien dat de wereld niet alleen zwartwit of goed of slecht is, maar dat er veel grijstinten zijn. Het laat met veel nuance de relatie tussen Joey en zijn moeder zien. Er is dicht op de personen gefilmd waardoor je er voor je gevoel middenin zit.”
Kijk de trailer I Don’t Wanna Dance, nu te zien in bioscopen.
Een veelgeboekte film uit ons educatieprogramma is Jackie & Oopjen. Een aanrader voor een kunst- of geschiedenisles. Het gaat over het beroemde portret van Oopjen, geschilderd door Rembrandt. De moeder van de 12-jarige Jackie werkt in het Rijksmuseum en is er kind aan huis en terwijl ze daar rondloopt komt Oopjen tot leven. Oopjen komt natuurlijk van een 400 jaar geleden in het nu terecht wat allemaal grappige situaties oplevert. Ik krijg er veel zin van om naar het Rijksmuseum te gaan.”
Kijk de trailer van Jackie & Oopjen
Jij komt uit het onderwijs. En bij NFF houd je je sinds kort bezig met filmeducatie. Wat is jouw filmeducatie-tip aan leraren?
“Ik ben opgeleid als theaterdocent en werkte tot voor kort als docent CKV, vooral voor de bovenbouw vmbo. En aan de bovenbouw havo en vwo gaf ik theater. Binnen mijn lessen gebruikte ik veel film, omdat ik het belangrijk vind dat lessen bij de belevingswereld van leerlingen aansluiten. Wat ik me niet realiseerde, is dat je met filmeducatie heel makkelijk grote thema’s kunt behandelen en bespreken met leerlingen.
Voor elk onderwijsniveau, zeker ook voor het vmbo, zijn burgerschapsthema’s als armoede en duurzaamheid heel interessant. Je kunt zulke onderwerpen met film heel concreet en invoelbaar maken. Voor leerlingen is een film kijken een ontspannen manier van leren en juist doordat ze wat minder bewust bezig zijn met leren, steken ze veel van op van de informatie die de film geeft. En daarna gaan ze over in gesprek. Op die manier kunnen leerlingen ontzettend veel leren.”
Jurjens tip
